De tafel van 2: Herhaald optellen
Een keersom is eigenlijk een herhaalde optelsom.
Kijk maar eens naar de voorbeelden hieronder.
Voorbeeld: 1 x 2 =
Ik heb 1 vissenkom.
In die kom zitten 2 vissen.
Hoeveel vissen heb ik in totaal?
Je telt 2 vissen.
De keersom die hierbij hoort is: 1 x 2 = 2.
Want: Ik heb 1 keer een kom met 2 vissen.
Dat is 2 vissen in totaal.
Voorbeeld: 2 x 2 =
Nu heb ik 2 kommen met 2 vissen.
Hoeveel vissen heb ik nu in totaal?
Je kunt de vissen weer tellen.
Je telt 4 vissen.
De optelsom die hierbij hoort is: 2 + 2 = 4.
De keersom die hierbij hoort is: 2 x 2 = 4.
Want: Ik heb 2 keer een kom met 2 vissen.
Dat zijn 4 vissen in totaal.
Voorbeeld: 3 x 2 =
Dit keer heb ik 3 kommen met 2 vissen.
Hoeveel vissen heb ik nu in totaal?
Je kunt de vissen weer tellen.
Je telt 6 vissen.
De optelsom die hierbij hoort is: 2 + 2 + 2 = 6.
De keersom die hierbij hoort is: 3 x 2 = 6.
Want: Ik heb 3 keer een kom met 2 vissen.
Dat zijn 6 vissen in totaal.
Vermenigvuldigen is herhaald optellen
Je ziet dat de optelsommen dezelfde uitkomst hebben als de keersommen. Vermenigvuldigen is dus herhaald optellen. Maar het is niet handig om altijd op te tellen. Dit duurt langer dan het uitrekenen van een keersom!
In deze oefening maak je bij elke keersom van de tafel van 2 ook de bijbehorende optelsom.